Henk, 08-10-2018
05-oktober-2018 heb ik de Groene Wissel 186 = Geldermalsen gelopen. De weersvoorspelling voor deze datum waren goed. De binnentemperatuur van de sprinter gaf aan 21 graden binnen en 10 graden buiten, dat voorspelde niet veel goeds. Het was windstil en gedurende de dag zou de temperatuur ook oplopen naar ?s middags een 20 graden, dus ideaal wandelweer. Vanaf de loopbrug over de sporen heb je een goed overzicht van het kasteelachtige uiterlijk van het stationsgebouw. Bij het passeren van De Linge bevinden we ons al in het dorp Tricht, onderdeel van Geldermalsen. De Linge ligt er spiegelglad bij in het vroeg ochtendlicht. De toren van de Nederlands Hervormde kerk is van een robuust formaat. Het is nog rustig in de Kerkstraat op dit vroege uur. Aan de Meersteeg liggen een aantal laagstam fruitbedrijven, waarmee de Betuwe zijn bekendheid heeft. Al hoewel de meeste appels geplukt waren, sprak ik nog met een man en vrouw die samen nog aan het plukken waren. Ze waren er al 7 weken mee bezig vertelden ze. Geheel handwerk aangezien er daarvoor nog geen machines zijn. Het ras was een mooie rode kleur appel, die een veredelde Jonagold was. Vlak voor de wetering loop je langs een hoeve met de oude naam Reygersfoort. Deze herinnert nog aan het oude kasteel Reygersfoort. In de 17e eeuw vormde Reygersfoort een woonhuis met boerenbedrijf, toen nog een lusthof, die en keur van het fijnste fruit voortbracht. Soorten die vandaag de dag onbekend zijn. In de fundamenten van de huidige boerderij zijn nog restanten van een toren te vinden, waaronder zich kelders bevonden waarin boeven werden opgesloten. Langs de Wetering is het prachtig wandelen, met een weids uitzicht ver van de bewoonde wereld, al hoor je op de achtergrond nog de drukke spoorlijn. De dauw zorgt er in dit jaargetijde wel voor dat wanneer je hier vroeg loopt, het gras behoorlijk vochtig is, dus je hebt wel waterdichte schoenen nodig. Na de oversteek van de asfaltweg loop je weer een prachtig, flink stuk langs de Weterring. Er zijn veel vogels te spotten, hele zwermen grauwe ganzen zijn hier op het land neergestreken, er staan reigers langs het water en een aalscholver doet zijn best om zijn veren te drogen. Hij heeft niet die talgklieren die futen of eenden hebben, maar moet na een paar duiken zijn vleugels drogen anders verzuipt hij. Langs de Hennisweg is een stevige tippel van een 1,5 km. Dan volgen de Tichelgaten Buren, die ontstaan zijn doordat hieruit klei is gewonnen. Hoewel een zeer ruig gebied loopt je in een bijzondere omgeving waar een soort avonturen park en ook nog een terras is om iets te eten of te drinken. Verderop loop je Buren binnen. Dit is een prachtig vestingstadje met knusse straatjes rondom de kerk. Hier zorgen de mensen er voor dat ze een kleurig voortuintje hebben met behulp van potten en bakjes met planten en bloemen. Op de parkeerplaats naast de kerk staat een zogenaamd travailje. Dit is een soort buitenstal om paarden tijdelijk onder te brengen, waardoor de hoefsmid veilig de hoeven van een paard kan behandelen, zonder dat hij getrapt wordt of het paard met zijn volle gewicht op hem gaat hangen. Na Buren volgen er nog enige lange kades en dijkjes richting Geldermalsen. Via een wandeling door het centrum en een achteraf parkje loop je dan weer naar het station. Een pittige wandeling door zijn lengte met de sfeer van fruitkwekerijen en een bijzonder bezoek aan Oranjestad Buren.