JDS Smits, 30-07-2019
Deze tocht liep ik op 23 juli 2019. Het stuk tussen Oosthuizen en de oever van het IJsselmeer levert weinig problemen op zij het dat je rekening moet met kuddes koeien op de weiden waar je over heen wandelt en die aanvankelijk schichtig en daarna voorzichtig nieuwsgierig reageren op voorbijgangers.
Het traject van iets ten zuiden van Schardam over de Noorder IJ- en Zeedijk naar Edam is een ander paar mouwen. Het boekje van Wim Huijser amp; Rob Wolfs wijst doordouwers als doelgroep ervan aan. En om de betekenis van die waarschuwing te verduidelijken geef ik mijn ervaringen met deze tocht. Grote stukken van de route zijn verwilderd. De dijk is dan overwoekerd met struikgewas, distels, brandnetels, koren en wilde grassen. En vooral die laatsten 'ontstrikken' de veters van mijn schoenen om de haverklap. Met het oog op de distels en de brandnetels is het dragen van een lange broek of andere beenbescherming aangeraden. En voor grote delen delen van de wandeling over de dijk is geen pad te ontwaren. Het enige spoor erover is gevormd door schapen die op zoek naar voedsel over de dijk trekken. De tocht op de dijk krijgt her en der door het vee dat er wordt geweid en klein wild een beetje het karakter van een expeditie. En de hekken die deze weigebieden afbakenen zijn vaak moeilijk te passeren omdat ze verwaarloosd en gammel zijn of vervangen door hekwerk zonder 'overstapjes'. Bovendien is een stuk dijk afgezet voor werkzaamheden (zie www.markermeerdijken.nl). Bij al die obstakels is er de mogelijkheid uit te wijken naar de asfaltweg die aan de landzijde parallel aan de dijk loopt. Maar een en ander vertraagt behoorlijk.
De weidsheid van het IJsselmeer vanaf de hoge dijk maakt deze tocht groots. En de aankomst in het verstilde Edam vormt een fraaie bekroning daarvan.
Steven Smits