Rondom Zuid-Limburg (08)

Daar gaat u de taalgrens over. Dan gaat u het Franstalige gebied in. Er is niets te zien en toch gebeurt het. De man achter de balie van het sfeervolle Boutique Hotel Caelus VII in Tongeren vertelt mij dit wanneer wij aan beide zijden van de balie staan. Hij wijst naar een gebied in mijn wandelgids wanneer hij dit vertelt. Hij maakt de rekening op en ik betaal. De rollen zijn helder. En die verhalen over Abiorix, dat zijn legenden. Geen bewijs gevonden. Mensen wilden ook een standbeeld hebben en dat hebben zij nu. Hij (de man achter de balie) woont en werkt in Tongeren, maar zijn hart ligt in Bilzen, waar hij vandaan komt. Hij is in Amersfoort geweest maar heeft het imposante Belgenmonument niet gezien. Hij is er zelfs mee onbekend. We nemen afscheid en ik loop naar het station om daar de route naar Visé op te pakken.

Een belangrijke wandelgenoot op het eerste gedeelte is de rivier Jeker (voor de francofielen onder u Le Geer). Ik kom de stroom tegen even buiten de stad. Ik ben dan in De Kevie zoals dit gebied wel wordt genoemd. Het is het Park van de Oostelijke Jeker, dat zich doorgaans ophoudt tussen Tongeren en Mal. Zo gek is dat niet. Ik kom een enkele hardloper tegen, verder heerlijk rustig. Bij één pad worden fietsers dringend opgeroepen om een ander pad te kiezen, omdat hier juist ruimte is gemaakt voor bv mensen in een rolstoel.

De spelende taalgrens.

De taalgrens zorgt voor veranderingen. Ineens klinkt uit mijn mond ‘bonjour’. ‘Goedendag’ levert weinig respons op. Maar zo spraakzaam zijn de mensen niet die ik tegenkom. Een jochie op een driewieler kijkt nieuwsgierig naar mij. Zijn kleine zusje zwaait met koninklijke allure. Oma knikt vriendelijk. Ik sla het gade vanaf een bankje, kort voor Boirs. Wat niet verandert is het voortdurend passeren van een kapel of kapelletje, op de hoek van een straat of bij een rotonde. Eén kapel kan ik binnen gaan. Maria is onder vele gestalten aanwezig. Zelfs Jozef de timmerman is prominenter aanwezig dan Jezus. Het kapellekesgeloof is blijkbaar niet zo christocentrisch.

Alles gewassen.

De peer is aanwezig in deze streek maar niet zo overheersend als tijdens mijn wandeling van gisteren. Op de hoogvlakten die ik over ga zie ik uitgestrekte akkers met andere gewassen. Een agrarische ondernemer bespuit zijn gewas met ?, ja, wat zal het zijn? Het zal geen water zijn. De ondernemer zit samen met zijn hond in de cabine van de trekker en rijdt heen en weer. De hoogvlakten worden doorsneden door lagere gedeelten, waardoor er heel wat klimwerk en daalwerk door mij moeten worden verricht. Terug naar de peer. Wanneer ik het dorpje Haccourt nader zie ik weer lange rijen perenbomen. Een speciaal karretje vervoert drie mannen die peren plukken en in manden doen. Ik steek mijn stok op als groet (internationale gebarentaal) en ook mijn camera. Ik kan een foto nemen. De man die mijn groet beantwoordde steekt twee grote handen vol met peren naar mij uit. Die mag deze pelgrim meenemen. Ik neem er twee mee, die kan ik kwijt in mijn rugzak. Ik dank de mannen hartelijk. Ik heb geen idee welke taal wij gemeenschappelijk hebben, maar de intenties zijn duidelijk. Verderop zie ik tientallen grote houten bakken tot de rand gevuld met peren.

Help, mijn man is klusser.

Na de hoogvlakten kom ik uit bij Hauts de Froidmont. Hier zijn overdekte picknickbanken en er zijn vuurovens die kunnen worden gebruikt voor een barbecue. Een of ander hoog orgaan heeft besloten dat tot nader order er geen vuur (en dus geen barbecue) mag zijn. Dit vanwege de droogte. Voor mij is het een heerlijke stille plek om uit te rusten met uitzicht. Wanneer ik verder ga na mijn ingetogen pauze kom ik langs een aantal projekten waar zelfs het klusteam van John Williams geen vat op zal kunnen krijgen. Links en rechts van het smalle slingerende asfaltweggetje staan boerderijen en schuren en schuurtjes in verregaande staat van ontbinding. In de wandelgids (2018) staat een foto van een woning (?). Ik neem een foto van hetzelfde pand en zie dat de aftakeling zich heeft doorgezet. Even verderop kom ik langs de steile rand van een oude groeve, aan de overzijde is de krijtwand van de oude mergelgroeve nog te zien tussen de inmiddels gegroeide bomen door.

Tijdens mijn wandeling hangt er regelmatig iets boven mijn hoofd. Vliegtuigen van of naar Maastricht/Aachen Airport. Het vliegveld waar ieder jaar veel geld bij moet. Hier ten zuiden Maastricht wordt het drukker. De drukte wordt goed zichtbaar wanneer ik het Albertkanaal oversteek, vervolgens het drukke gebied tussen kanaal en Maas. Na de Maas steek ik een snelweg over en dan enkele spoorlijnen. Velen zien Visé vanaf de snelweg, ik kijk nu neer op de snelweg. Het station is het eindpunt van deze afwisselende wandeling met flinke klimpartijen. Vlakbij het station staat Hotel de la Gare. Daar overnacht ik.

Een wandeling rondom Zuid-Limburg (08) : Tongeren – Visé – 27 kilometer

Deze wandeling staat in :
Alex Buis
Een wandeling rondom Zuid-Limburg
Uitgeverij Gegarandeerd Onregelmatig 2017
Deze wandelgids bestellen kan hier.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.