De Maartenskerk in Doorn beheerst het naastgelegen kruispunt. Ik ben net op pad en nu al zo’n imposante kerk. Of er in dit oude kerkgebouw nog kerkdiensten worden gehouden weet ik niet, want pal achter het gebouw staat een kleiner gebouw, waar wel diensten worden gehouden. Aan de ander kant van het kerkgebouw zit Simon Vestdijk aan zijn schrijftafel. Deze huisarts werd beroemder door zijn boeken dan door zijn recepten, die hij in Doorn uitschreef. Er werd wel van Vestdijk en zijn imposante oeuvre gezegd: Hij schrijft sneller dan God kan lezen. Toch heb ik het idee dat Vestdijk niet zo veel op had met God, welke dan ook maar. Ik laat Vestdijk achter in zijn kleine gestolde wereld. Mijn tocht gaat verder langs de hekken van Huis Doorn, waar Wilhelm, de laatste Keizer van Duitsland, zijn laatste jaren doorbracht in ballingschap.
Vestdijk is niet de laatste schrijver op mijn pad. Wat ook meerdere keren op mijn pad komt zijn de imposante huizen of kastelen die op niet minder imposante landgoederen staan. Net ten zuiden van Doorn schittert Kasteel Moersbergen tussen de kale bomen en struiken door. De wandeling blijft op gepaste afstand. Een lange rechte weg is de Leeuwenburgerlaan, die uitkomt (of begint) bij De Leeuwenburgh, een imposant groot huis aan het water. Na enkele bochten en beboomde lanen kom ik in de buurt van Kasteel Hardenbroek. Wanneer ik de oprijlaan (afwandellaan) verlaat realiseer ik mij plots dat wij op weg naar Wijk bij Duurstede en verder ons afgevraagd hebben wat er achter de heg schuilhoudt. Het raadsel is opgelost. Hier in de buurt, maar niet langs de route, ligt Kasteel Weerdesteyn, omringd door water. Zo vormen de vele kastelen en oude landhuizen een lange ketting in het landschap. Ik steek de Graaf van Lynden van Sandenburgweg over. Voor dit soort lange adressen zijn de brede enveloppen uitgevonden. Wanneer ik de Kromme Rijn oversteek kom ik op bekend terrein. Hier liepen Wandellief op het Utrechtpad dat deze Kromme Rijn volgt. Alleen liep ik op het Limespad over het pad langs de Kromme Rijn. Langs grazige weiden en boomgaarden kom ik door Bossewaard en dan door Cothen. Hier bevindt zich niet alleen een molen maar ook een kasteel: Kasteel Rhijnestein. Ook vandaag zijn er werkzaamheden. Ik zie verse bomen met ingepakte wortels langs mijn pad liggen. Dan over het Zandpad waar niet elk voertuig zich kan verplaatsen, als wandelaar heb ik te weinig hoogte en te weinig breedte om terug te moeten gaan. De weg is voor mij geopend. Hier is de Steniswaard, met veldjes, volkstuintjes met kans op verbetering, boomgaardjes. Dan ligt daar de Wilhelminahoeve, een centrum van en voor kersen. In de kersentijd is hier een kersenpitspuugbaan. Wie kan het verste spugen? In die tijd verdwijnt de ene na de andere kilo in zakken voor de passerende kersenconsumenten. Ik ga naar het noorden en steek de Kromme Rijn over. Aan de oever staat een bankje waar ik pauzeer. Ik heb er 12 kilometer opzitten, nu mag ik zitten.
Warm is anders, maar het is wel droog op dit bankje. Een paar watervogels varen heen en weer op het water. Achter mij is een boomgaard. Na roggebrood en thee ga ik verder langs de boomgaard, dan te noorden van de boomgaard (Landscheidingsweg) en vervolgens naar het noorden, door het groen tot ik stuit op een pad, dan ik naar links volg, een laan die uitloopt op grasvelden en modderpaden, langs een oude schuur en dan een lange lijn naar het noorden. Ik kom uit op de Langbroekerwetering (brede enveloppe?). Even naar het oosten, met zicht op Kasteel Walenburg. Voordat ik bij Kasteel Sandenburg kom sla ik af naar het noorden door een smal bosperceel, waar ik twee dames tegenkom. Veel wandelaars tref ik vandaag niet. Hier ben ik in Gerrit Achterbergland, want hij groeide hier op toen zijn vader koetsier was op landgoed Sandenburg. Regelmatig kom ik onderweg gedichten van Gerrit tegen, want ik volg het spoor van het Klompenpad Gerrit Achterbergpad (zover is Simon Vestdijk nooit gekomen, zover ik weet). Het pad brengt brengt mij steeds noordelijker, ik steek de Gooyerwetering over. Verder naar het noorden. Achter boerderij Postenburg ontmoet ik een overstroomde beek, zodat ik het struikgewas inga. Gelukkig ben ik niet de eerste die hier een zijspoor is gevolgd. Over lanen en tussen landerijen ga ik verder en ik kom op de Buurtweg, dit zal wel betekenen dat ik in de buurt van Doorn ben. Nog wat bebouwing en ik ben waar ik was.
Een mooie literaire tocht van kasteelformaat.
Rutger Burgers en Rob Wolfs – Trage Tocht Doorn – 20 kilometer
In : Rutger Burgers en Rob Wolfs – Wandelen in Utrecht – uitgeverij Gegarandeerd Onregelmatig (klik op Wandelen in Utrecht om deze wandelgids te bestellen).
Idd een ware kastelentocht 🙂
LikeLike