Al vrij vlot nadat u Feinsum achter u laat loopt u door weidse graslanden, met her en der een nieuwsgierige koe. Uiteindelijk ligt daar dan de Dokkumer Ie: het brede water wat de schaatser uiteindelijk in Dokkum brengt. Eerst komt u door piepklein Bartlehiem, met het welbekende bruggetje. Daar waar schaatsers die richting Dokkum gaan, al terugkerende schaatsers tegenkomen. Een paar kilometer verder is Burdaard een vriendelijke tussenstop, met horeca, een werkende molen en het bijna aandoenlijke museum Ruurd Wiersmahûs. U kunt er ook voor kiezen om door te lopen, 't is nog wel even naar Dokkum. Het hele stuk loopt u langs de Ie. Omgeven door eindeloze graslanden. Even doorbijten bij binnenkomst in Dokkum: bedrijventerreinen zijn zelden fraai. De binnenstad is dat wel! U heeft de meest noordelijke Nederlandse stad bereikt. De 10e van de Elfsteden.
