Al eeuwen heeft de koninklijke familie een historische band met Delft. Dat begon in de 16e eeuw met Willem van Oranje, die er de laatste twaalf jaren van zijn leven doorbracht. Als leider van de opstand tegen de Spaanse koning Filips II werd hij de 'Vader des Vaderlands' genoemd. Delft was een aantrekkelijke plaats voor de prins: nabij het regeringscentrum in Den Haag, maar wel een stuk veiliger. Delft was, in tegenstelling tot Den Haag, een vestingstad en dat is nog goed te zien als je door het oude centrum wandelt. Ondanks de veilige stadsmuren is hij toch vermoord in Delft, nota bene in zijn eigen woning. Hij werd bijgezet in de Nieuwe Kerk; veel Oranjes volgden zijn voorbeeld. Zijn indrukwekkende praalgraf is te bezichtigen. Deze wandeling laat je niet alleen kennismaken met de historische binnenstad, maar ook met het buitengebied, de Delftse Hout. Een mooie mix van monumentale pracht, vorstelijke sporen en grazende schapen in een groene weide.
